Dit verhaal gaat over Louise. Een verslagen en arme vrouw. Armoedig gekleed liep zij naar binnen bij de kruidenier. Ze liep naar de eigenaar. Nederig vroeg ze hem: ‘’Kan ik mijn boodschappen hier op een rekening laten zetten? Mijn man is ziek en kan niet werken. Wij hebben zeven kinderen, en hun monden moeten gevoed worden.’’ Eigenaar John reageerde geïrriteerd en wilde haar de winkel uitsturen. ‘’Alstublieft,’’ verzuchtte Louise. ‘’Ik zal u het geld brengen wanneer ik het heb, zo snel mogelijk.’’ John vertelde haar dat dit niet kon.
Een andere klant hoorde de smeekbede van Louise. Hij liep naar hen toe en vertelde de eigenaar: ‘’Laat haar uitzoeken wat zij nodig heeft. Ik betaal alles.’’De weldoener vroeg Louise of zij een boodschappenlijst bij zich had. ‘’Jazeker, meneer.’’ Hij zei: ‘’Leg je boodschappenlijst op de weegschaal. Het gewicht dat je lijst weegt zal ik je geven in boodschappen.’’
Louise keek de man vreemd aan. Waar slaat dit op? Toch pakte zij haar lijst uit haar tas. Ze keek naar beneden, uit schaamte, terwijl ze de lijst op de weegschaal legde. De ogen van de eigenaar en de weldoener werden groot van verbazing; de schaal ging naar steeds verder naar beneden. Er lag maar een dun papiertje op, maar het leek wel steen. De kruidenier legde op de andere kant van de weegschaal steeds meer eten en drinken. De weegschaal waar het papier op lag, bleef zakken, en zakken.
De weldoener pakte uit nieuwsgierigheid de boodschappenlijst. Wat hij zag verbaasde hem. Er stonden geen boodschappen op, maar een gebed. ‘’Lieve God, u weet wat ik nodig heb. Ik leg dit in Uw handen.’’ Louise kreeg de boodschappen. Ze bedankte de man, die de kruidenier betaalde. ‘’Het was elke cent waard.’’
Lucas 11:10: ''Want wie vraagt ontvangt, en wie zoekt vindt, en voor wie klopt zal worden opengedaan.''